De leepste fietsers van de stad
Fietskoerier Almar had het in cafe De Zaak nog zo gezegd: het Ledig Erf, daar komen we liever niet. Verkeerslichten vertragen, vandaar. Toch rijden weer een halfuur later langs, op weg naar een klant aan de Kanaalweg. Waren we maar omgefietst. Voor ons fietst een meisje. Wij willen rechtdoor, richting Westerkade. Het meisje zwenkt, bij een verkeerslicht, naar links. Zonder om te kijken. Almar kan haar net ontwijken, ik niet. Mijn voorwiel knalt vol op haar kettingkast, mijn achterwiel vliegt omhoog. Het lijkt net of vanaf dat moment alles in slowmotion gebeurt. Heel frustrerend. Want je weet dat je op je plaat gaat, maar voor het zover is, is het net of je extra tijd krijgtomna te denken hoe je het beste kunt vallen. Daar lig je dan, een fractie later. Met een zere knie, wat schaafwonden en de schrik in beide benen. Het meisje is geschrokken. Ze bloost. En vraagt of het gaat. Ja, het gaat. Niet piepen, doorfietsen. Want een fietskoerier heeft weinig tijd.
Bekijk PDF