Met de bouw van een replica van een castellum, een legerplaats voor hulptroepen van het Romeinse Rijk, krijgt Utrechts nieuwste stadsdeel Leidsche Rijn er een attractie van jewelste bij. De kosten: vijftien miljoen euro. In de hoek van het castellum, dat Hoge Woerd gaat heten, verrijst een archeologiemuseum.
Het ontwerp is van Architectuurstudio Skets. Het project is mede vormgegeven door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Het is nog niet bekend wie het castellum, ook wel een Romeins fort genoemd, gaat bouwen. In de hoek van het castellum, dat Hoge Woerdgaat heten, verrijst een archeologiemuseum. Het ontwerp is van Architectuurstudio Skets.
Het project is mede vormgegeven door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Het is nog niet bekend wie het castellum, ook wel een Romeins fort genoemd, gaat bouwen.
De locatie van Castellum Hoge Woerd, aan de rand van het Máximapark, is niet willekeurig
gekozen, integendeel: het bevindt zich deels op een archeologische vindplaats, tevens
rijksmonument. Op deze plek stond ooit een echt castellum, dat plaats bood aan minstens
500 soldaten en hun paarden. Het immense bouwwerk maakte onderdeel uit van de
noordelijke grens van het Romeinse Rijk, de Limes. De Romeinen zaten hier tussen 47 en
circa 400 jaar na Christus. De nederzetting bestaat naast het castellum uit een kampdorp
(vicus), een weg die dwars door een boomgaard loopt en een badhuis. Sommige Romeinse overblijfselen liggen nog vrij in het landschap.
Het nieuwe castellum krijgt een zes meter hoge wal, is met hout bekleed en wordt aangelegd rondom een binnenterrein van negentig bij honderd meter: groter dan een voetbalveld. Bezoekers kunnen straks op de wal en tussen de kantelen lopen. Verder krijgt het historische fort vier toegangspoorten van elk tien meter hoog. In de hoek van het binnenterrein komt een groot paviljoen; hier is plek voor een theater met 260 zitplaatsen, het archeologiemuseum, een natuur- en milieueducatiecentrum en horeca. Pronkstuk van het museum wordt ongetwijfeld het Romeinse schip dat in 1997 bij toeval in Leidsche Rijn is aangetroffen. Het schip, gemaakt van eikenhout, is 25 meter lang en bijna drie meter breed. De boot, die pas in 2003 is opgegraven, kleddernat was en tijdens de opgraving 30.000 bezoekers trok, ligt momenteel in een conservatieruimte in Lelystad. Het conservatieproces is bijna afgerond.
(Cobouw, 2011)